Thursday 2 October 2014

Rembrandt's verfgebruik

De Mennonietenpredikant Cornelis Anslo wijst zijn vrouw op een passage in de Bijbel

Column nr 337 dd 2 oktober 2014

U wilt het geloven of niet, maar een bezoek aan een kringloop hier in de buurt zette mij op het onderwerp van deze week. Hoezo dan?  Op het moment dat was vastgesteld dat deze kringloop nagenoeg geen boekencorner had, waren we op weg naar de uitgang. Dan vind je ineens een stapel boeken dat niet veel voorstelt, totdat je ineens een populair wetenschappelijk boek tegenkomt van Christian Tumpel met als titel Rembrandt en je op pagina 62 een schilderij ontdekt, dat je uitentreuren kent omdat in Berlijn tijdens de verplichte studiereis dit schilderij door jou werd geanalyseerd voor docent en medestudenten in het kader van je studie. Eerst even over het schilderij zelf. Dominee Cornelis Anslo was lakenkoopman en daarnaast ook nog dominee van de Mennonieten, tegenwoordig heten die Doopsgezinden.  De dominee had veel theologische geschriften op zijn naam staan en kon uitstekend preken. Het gezegde toentertijd was :"Wie Anslo zien wil, moet hem horen '  Ook in die tijd waren er dominees die veel mensen trokken. Er was rond de kerken veel strijd tussen begrippen als Woord en Beeld, Horen en Zien, Geest en Lichaam. De Mennonieten verhieven het Woord boven het Beeld, een strijd die zich vooral afzette tegen de katholieken en lutheranen. Maar het gaat om het schilderij. Mijn referaat startte in Berlijn met vier vragen 1. Wat was baanbrekend in Rembrandt's verfgebruik. Was het zijn gedifferentieerde verfgebruik?
            2. Hoe kwam hij tot een betere stofuitdrukking op zijn schilderijen ?
            3. Hoe kwam hij tot bijzondere effecten van het Clair-obscur ( licht -donker)?
            4. Welke effecten had dat op het perspectief?-

Antwoord op vraag 1:  De kunstschilder De Lairesse noemde het werk van Rembrandt kladderij of Kliederij, omdat hij heel pasteus werkte. Boode, een beroemde Duitse kunsthistoricus vond dat Rembrandt met allerlei soorten kleine vlekjes werkt , geel, bruin, rood, blauw, zwart en allerlei andere lichte vlekjes. Je krijgt dan bijzonder kleur-effecten en bijzondere kleurschakeringen en met dat verfgebruik kon hij kleding en stoffen in de gevarieerdheid van licht en donker realistischer schilderen. Daartoe gebruikte hij pigmenten van twee tot vier kleuren en nergens is een menging van van vijf kleuren gevonden, wel zes voor de effecten van huids-en vleeskleur. Men weet niet hoe hij tot die keuzen kwam, wel dat hij lijnolie of een enkele keer walnootolie heeft gebruikt. Verder gebruikte hij nog loodverbindingen en gemalen glas om de verf snel te laten drogen. Harsen of eiwitten gebruikte hij niet. Die grotere kleurschakeringen leverden de effecten van het perspectief op om personen en zaken dichterbij of verder weg te schilderen. Nu valt de gelaagdheid van de verf op het schilderij van Dominee Ansloo nog wel mee, maar als je vlak voor de werken als Het joodse bruidje of  Jan Six staat, zie je echt de lagen verf over elkaar heen.
De docent vroeg na afloop van mijn uiteenzetting of mij iets was opgevallen bij het schilderij. Nee, zei ik. Het schilderij in de Gemaldegalerij was aan de bovenzijde aan weerskanten rechtgetrokken en men had dus het doek verlengd tot een vierkant. Als je inderdaad goed keek, kon je vaag de contouren van de ronde vormen nog zien. Ja, dat was me ontgaan en je kunt nu eenmaal niet alles behandelen, Het is prioriteiten stellen en de docent gaf blijk van zijn grote kennis. Geniet van mooie kunst, wees creatief, wandel, musiceer, zing, wees een prettig medemens voor je omgeving. Kunstboeken, lezingen, essays, rondleidingen  j.j.jong@quicknet.nl
drs jjj, artesadmirans

No comments:

Post a Comment