Wednesday 30 November 2016

het fraaie boek van Bogomila Welsh-Ovcharov

Een buitengewoon gedegen studie

Column nr 438 dd 30 november 2016

Je kunt als particulier nu eenmaal niet over alle Van Gogh 's  publicaties beschikken. Dat loopt tot in de duizenden en tot op de dag van vandaag is men bezig het fenomeen van Gogh proberen te doorgronden. Persoonlijk ben ik dan niet zo geneigd in zijn ziektebeeld te duiken of de raadselen rond zijn dood te onthullen, maar als kunsthistoricus wil je uitgaan van het waarneembare, de artefacten en daarbij spelen dan factoren als authenticiteit, kennis van materialen en het tijdsbeeld. Zoals u van mij gewend bent van de werkwijze van kunsthistorici, die aan de hand van beelden inzicht willen verschaffen in werken en achtergronden van kunstschilders, stuit ik bij het boek van Welsh-Ovcharov op het feit, dat het boek een formaat heeft van 37 x 24 cm. Een ongewoon formaat, maar wel uniek omdat u de schetsen van het brouilleerde schetsboek op ware grootte voorgeschoteld krijgt en dat is toch wel uniek omdat je ineens 65 fraaie reproducties hebt en toch weer dichtbij het fenomeen Van Gogh kan komen, zoals wij dat vorig jaar beleefden met onze Nuenen reis en rondleiding van de heer De Brouwer



Vincent van Gogh, schets ophaalbrug Arles, 1890, uit schetsboek brouillard, rond 1990 ontdekt.  


Naar aanleiding van alle publicaties - zie onze vorige column- start je heel sceptisch  met dit boek met alle twijfels die het dan oproept omdat de ECHTE van Gogh kenners zoals Meedendorp, er niet achter kunnen staan. Het is het lot van kunsthistorici dat naarmate de feiten verder van de huidige tijd afliggen, het steeds moeilijker wordt om de vinger er achter te krijgen. Maar laten we wel wezen, het schilderij van de Mont Majour had vele jaren ook niet de Van Gogh status en eerlijk gezegd bij het zien van het schilderij, was ik persoonlijk niet overtuigd, al heb ik het dan niet in mijn handen gehad, maar ik kan me voorstellen dat dit werk twijfels heeft opgeroepen en dat is nu met dit gevonden schetsboek ook. De kritiek van het Van Gogh museum spitst zich toe op de techniek. Volgens de auteur heeft hij ze gemaakt met rietpen en slechts een enkele keer heeft hij twee soorten inkt gebruikt. Wat naar mijn bescheiden mening hier ook nog telt, dat Vincent niet in een echt schetsboek werkte, maar feitelijk in een grootboek waarmee boekhouders en administrateurs werken. Ambtshalve moet ik U bekennen dat ik me de papiersoort echt niet ken. De kas-bank-grootboeken waarin ik tijdens mijn actieve carrière heb gewerkt waren stevige pagina's met veel liniering. Volgens  Bogomila was het velijn papiersoort, met een geweven of gelijkmatig patroon, waar licht doorheen kwam. Je bent dan geneigd te denken aan een soort vloeipapier dat je aantreft in fotoboeken om de pagina's te beschermen, dat de foto's niet aan elkaar blijven plakken, maar het zal niet van dat vloeipapier geweest zijn, daar kan je niet op schetsen. De rives papiersoort is zwaarder kent  een andere structuur.
Al deze zaken stellen je voor veel raadsels, maar na het gehele boek van Bogomila bekeken te hebben - nog niet echt terdege bestudeerd- neig ik meer en meer naar het oordeel van al die kunsthistorici around the world, die in grote getale hun/haar licht over deze materie hebben laten schijnen.Dat zegt natuurlijk nog niet alles, maar een aantal twijfels zijn in ieder geval bij mij weggenomen en het boek krijgt een ereplaats tussen alle prominente uitgaven zoals die van Jan Hulsker. Na de biografie van Julian Bell gelezen te hebben - degelijke studie, vlot geschreven- plaatste  mijn echtgenote , die het oog had gelezen heel scherp op.:  " Als Vincent nog enkele jaren had geleefd, was hij een gevierde man geworden, zoals Rembrandt  dat was, Karel Appel, Willem de Kooning, etc. etc. " De  jaren waren hem echter niet gegund en alhoewel de eerste ontdekkingen rond zijn specifieke werk wel waren gedaan, was zijn lot een roemloos einde. Kunstboeken, lezingen, adviezen, rondleidingen, essays, etc, reageer op deze  column. Mijn @mail adres schrijf ik hier niet meer, omdat daar gewoon misbruik van wordt gemaakt.
Geniet van de schone kunsten, zoek musea op, ga eens naar de schouwburg, geniet van mooie muziek en leer om  de mooie kanten van alles te  willen en kunnen zien. Het maakt ons leven aangenamer
Drs jjj, artes admirans


Thursday 17 November 2016

Schetsboek Van Gogh echt of vals?


Schetsboek uit periode Arles echt of vals?
Vincent van Gogh, Weg met cypres en ster, Olieverf op doek, Kroller Muller Museum Otterlo


Vincent van Gogh of niet ??? , Tekening schetsboek Arles, 1889


Column nr 437 dd. 17 november 2016

Een verbeten strijd is losgebarsten rondom dit schetsboek ( kasboek) uit de Arles periode van Van Gogh. Als je het boek van Johannes van der Wolk Schetsboeken van Vincent van Gogh, erop naslaat, dan valt meteen op dat de periode Arles in zijn boek ontbreekt.  Ronald Pickvane ( bron Volkskrant) spreekt van de revolutionaire ontdekking van het Van Gogh oeuvre. Zondag j.l.. beweerde kunsthistorica Bogomila-Welsh Ovcharov van de universiteit van Toronto dat dit schetsboek - 126 jaar onopgemerkt buiten ieders zicht veld-  door Vincent aan de fam. Ginoux in Arles zou zijn geschonken. Vincent logeerde in het café de la Gare, dat van de familie Ginoux was.
Dit deel van het onderzoek als het gaat om de provenance zou kunnen kloppen.  Het schetsboek zou na de tweede wereldoorlog zijn ontdekt, Deze groep mensen ( rond Welsh Ovcharov) is er van overtuigd dat het schetsboek echt is.
Vaststelling :
1. er moet een schetsboek zijn van de periode Arles                 
2. waarom is er nooit eerder een schetsboek opgedoken terwijl alle parafernalia van Van Gogh boven water zijn gekomen tot het pistool aan toe, waardoor een einde kwam
 aan zijn leven. Je kunt hier bij aantekenen dat je gewoon  kunt twijfelen aan de echtheid van dit pistool evenals aan de hypothese, dat hij zichzelf van het leven heeft beroofd.  Daar circuleren veel meningen over..
3. De wetenschappers van het  Van Gogh museum ( drs Meedendorp) voeren argumenten  aan, dat er nogal wat omissies zitten in de tekening van het gebouw van   Meedendorp zegt dat Van Gogh altijd nauwkeurig schetste en dat zou bij bovengenoemde tekening niet het geval zijn. Anderzijds kan je argumenteren dat het artistieke vrijheid kan zijn, die Van Gogh zich als kunstschilder heeft toegeëigend
4. Als je het boek van Johannes van der Wolk doorgeworsteld hebt, valt op dat je in alle andere  schetsboeken nergens zoveel gedetailleerde tekeningen tegen als in dit "Arles"" schetsboek met 65 tekeningen ,maar dat kan zijn artistieke ontwikkeling zijn omdat zijn werk in Arles op het hoogte-punt kwam.
5. Persoonlijk liggen er wat twijfels, als je kijkt naar de streepje op de tekening en de streepjes op het schilderij. Eerlijk gezegd kan ik me niet voorstellen, dat hij zoveel verschil maakte met de streepjes ( met potlood of pen) en de streepjes bij het schilderij  met de cypres. Die streepjes op de tekening verschillen daarvoor teveel met de streepjes op het schilderij. Dit vraagt om een nadere verklaring.               
6. Als je er dan vanuit wilt gaan, dat het schetsboek NIET van Van Gogh is, van wie is het                 dan wel? Een meester-vervalser?. Zou kunnen. Een soort Han van Meegeren? Er is in het
verleden veel werk van Van Gogh vervalst en alle dagen zijn de mensen van het 
Van Gogh museum bezig om echt en onecht uit elkaar te halen.

Conclusie : het is vreemd dat er nooit eerder een schetsboek uit de Arles periode is opgedoken. Als er voldoende bewijzen zijn dat het schetsboek niet echt is, blijven er vragen over, wie het zo goed heeft kunnen maken en ook waar het echte schetsboek dan is. Het zou meer voor de hand liggen dat dit schetsboek meegegaan is naar Auvers sur Oise, omdat Vincent nagenoeg nooit iets weggaf.
Wij gaan de discussie op de voet volgen en als u goede argumenten pro of contra hebt, dan houd ik me aanbevolen. Of zou dat schetsboek nog gewoon in bezit van de familie van Gogh?? Geniet vooral van dat prachtige werk van Vincent? Onovertroffen en wonderlijk dat juist ons land een kunstschilder van formaat uit de negentiende eeuw heeft. Kunstboeken, lezingen, adviezen, onderzoek, rondleidingen, essays, j.j.jong@quicknet.nl
drs jjj artes admirans







Friday 11 November 2016

Italiaanse stadsgezichten

Canaletto, Venetiaans schilder stadsgezichten 1697-1768

Columnr 436 d.d. 11 november 2016, feestdag Sint Maarten

Wij vieren vandaag dit feest, eerstens omdat het de patroonheilige is van de parochiekerk van dit drop  en ten tweede omdat mensen met een Martinus speld vanwege verdiensten voor de gemeenschap  vandaag bij elkaar komen om het wel en wee van de gemeenschap te bespreken. Een volksheilige die al eeuwen lang de  tot de verbeelding van de mensen speelt  omdat hii

Canaletto, detail van schilderij .plein voor San Marco, Venetië,, olieverf op doek, w725  76 x 115.cm Harvard  University Art Museum,  Fogg Art Museum. Cambridge Massachusetts

als Romeinse militair dat vak vaarwel zei en zijn invloed en macht ging gebruiken om de arme vergeten medemens verder te helpen.
Maar deze column gaat over Giovanni, Antonio, Canal, roepnaam Canaletto, geboren in Venetië in 1697 en overleden in 1768 Hij kwam uit de gegoede kringen en zijn opdrachtgevers waren ook allemaal mensen van de adel. Van onder meer  het Venetiaanse Hof en de kerk. Al die grote Italiaanse steden waren stads-staten en pas in de negentiende eeuw was er sprake van een Italiaanse staat. Daarvoor waren Rome, Florence, Napels, Milaan, Rome, Venetië allemaal kleine staatjes, ieder met eigen wetten en privilegiën. Na samenvoeging van al die stadsstaten bleef Italië over en de Romeinse staat 't Vaticaan. Het boven getoonde schilderij laat zien dat Canaletto buitengewoon knap was in het schilderen van stadsgezichten. Over dat onderdeel is in deze columns al veel geschreven omdat het voor mij een VU studie=onderdeel was. Maar ook in de architectuurstudie kreeg je vaak te maken met stadspanden en stedelijke ontwikkelingen.  De figuren op het plein zijn fraai geschilderd. Was hij naast het de schilder van het  stadsgezicht zelf, ook een goede portrettist.  Vaak werd het schilderen van portretten uitbesteed aan collega's die deze kunst beheersten,, maar op alle schilderijen komen meestal veel personen voor, hetgeen erop wijst dat hij zich zelf daarin had bekwaamd. Zijn suggestieve manier van schilderen had het hart van veel Engelsen veroverd en hij schilderde onder meer in Londen ook de Westminster Abbey en ook was hij in het Duitse Dresden actief. In de literatuur vind je dan vaak een vergelijking met de stadsgezichten van Johannes Vermeer,( 1632-1675) die onder meer bekend werd door zijn gezicht op Delft. Van 1746-1751 was hij werkzaam in Engeland en reisde verder nog door Europa heen. Canaletto wordt vaak in een adem genoemd met de andere grote Italiaanse schilder Tiepolo . Zij schilderden feitelijk in de late Renaissance -periode. Als je enkele keren in Florence en Rome bent geweest, dan kan je wel jezelf een beeld vormen van die beroemde Renaissance periode, zeker als je  het Uffizi museum in Florence hebt bezocht. Daar duizelt het wel even voor je ogen als je al die top kunst van heel dichtbij kan bewonderen. Doch even boeiend is het om een eeuw later wat rond te neuzen in de Italiaanse kunst, de tijd dus van Canaletto en Tiepolo, Bij deze. Geniet, leef, maar u niet te druk om dat  Amerikanisme. Natuurlijk hebben we veel aan dat land te danken, maar Europa is ook sterk, maar nog niet sterk genoeg om dat Poetinisme het hoofd te bieden. Hij verdoezelt achter een grote militaire macht het grote ongenoegen van de Russische burgers. Kunstboeken, lezingen, adviezen, rondleidingen, essays, j.j.jong@quicknet.nl
drsjjj artes admirans

Thursday 3 November 2016

De levens van Jan Six door Geert Mak

Een interessante causerie door Geert Mak

Column nr 435 dd 3 november 2016

Veel aankondigingen en aangezien het twee november was Allerzielen even afwachten of het gemengde koor waarin ik de tenorpartij zing, wel/niet dienst had. Geen dienst, dus me gemeld voor twee plaatsen voor deze lezing. De boekhandel die het samen met Kopgroep  Bibliotheken had georganiseerd, had alle kaarten  al verkocht, maar verwees me naar de andere organisator en jawel en waren nog twee kaarten voorhanden. De zaal van het Igesz Slothotel was al nagenoeg voor driekwart gevuld en we belandden in het laatste gedeelte van de zaal met nog 1 stoel naast mij. Daar kwam een mevrouw zitten uit Amsterdam die een column schreef voor een krant en net als ondergetekende actief bleek te zijn op blogger. Om dat tempo van de voordracht van Geert Mak bij te houden, leek me onbegonnen werk, want Geert Mak begon het eerste hoofdstuk van zijn boek te citeren en dat ging in een hoog tempo. Wellicht had zij al het boek gelezen en kon zij het tempo al luisterend volgen. Tijdsbeelden schetsen tot in de details, dat hoef je Geert Mak,- begenadigd schrijver- niet te leren. De grote zorgvuldigheid waarmede dit boek tot stand kwam, deed hij ook nog uit de doeken. Elk hoofdstuk werd onder het vergrootglas door vier man. Geert Mak. Jan Six X en X1 en de kunsthistoricus van naam Dudok van Heel. Sessies van 's ochtends negen uur tot 's middags half vijf. Het werk werd beoordeeld op de feiten en elke pagina werd regel voor regel, alinea voor alinea, kritisch bekeken en soms gecorrigeerd.  Familiale gevoeligheden kwamen aan bod, passeerden de ballotage als het feiten waren en zo kwam een bijzonder boek tot stand, dat een beetje de sluier oplichtte van de zeventiende eeuwse upper ten. De truc om rijk te worden, vonden de Sixen onder meer door rijke vrouwen te trouwen, verstandshuwelijken zoals je dat nu aantreft bij de familie Brenninkmeijer. Jan Six XI ontmoette ik tijdens mijn studie bij het veilinghuis Sotheby. Hem vroeg ik of hij nog oog had voor de kunstwerken in hun huis aan de Amstel, dat door zijn vader nog wordt bewoond. Dat had hij wel, zei hij, maar je raakt er natuurlijk wel aan gewend.  In het eerste propedeuse jaar werd ons al verteld, dat je  Rembrandts Jan Six na aanvraag in het huis aan de Amstel kon bewonderen. Een van de medestudenten Elles, nogal vasthoudend van nature, kreeg het voor elkaar, maar nu zijn de wachttijden een half jaar en worden per jaar een 1000 tal bezoekers toegelaten. Inmiddels heb ik het persoonlijk al enkele keren kunnen bewonderen in het  Rijks bij gelegenheid van onder meer de laatste expositie Late Rembrandt. Die rode cape, die hoed, de uitstraling van de man zelf, knap geschilderd. Rembrandt was beslist niet zuinig met zijn verf. Het ligt er dik op en dat is natuurlijk wel knap als je dan die bijzondere effecten kan bewerkstellingen. Italiaans kunstminnaars vinden het palet veel te donker en houden meer van lichte en gladde werken, maar deze techniek is naar mijn mening veel moeilijker dan heel glad schilderen. En weet u bijvoorbeeld ook dat de Rembrandt hausse pas rond 1840 ontstond, na afscheiding van de Noordelijke Nederlanden van de Zuidelijke. De Zuiderburen hadden immers de grote icoon Rubens en wat nu met de Noordelijke?  Het was het researchwerk van de Duitse kunsthistoricus Bode, die de weg baande voor de icoon  Rembrandt. Dat juist deze Duitse wetenschapper de Hollandse schilder zo in de vaart der volkeren kon opstuwen, had niemand kunnen bevroeden. De grootste collectie is te vinden in de Hermitage in St. Petersburg en daar moeten we dan ook nog een keer heen. De collecties in Berlijn, Kopenhagen, Londen, Kopenhagen hebben we al eens bezocht, terwijl in het Louvre de vleugel wegens verbouwing helaas gesloten was.
Saillant detail :  Jan Six en Rembrandt hadden dezelfde boeken in hun boekenkast staan. Net als met alles, dat was in die tijd de mode.
Slot van het boek van Geert Mak, dat hij aan het eind van zijn lezing voorlas;
Ik wandel nog maar eens naar boven, de klok tikt door alle gangen, maar bij de eerste Jan Six is het stil. Het licht kaatst over het water van de Amstel., de kamer kleurt op, zelfs de donkere hoed die Jan draagt is zichtbaar tegen het zwart. Het wordt tijd. Jan kijkt me aandachtig aan, een tikje weemoedig, alsof hij een beeld wil vasthouden in zijn herinnering. Zelf zal hij blijven wie hij was: altijd in zijn rode cape, altijd met die handschoenen, altijd op de rand van het afscheid.
Niemand kan dat mooier schrijvend uitbeelden of voorlezen. Tenslotte vragen als : wat vindt de familie zelf van dit boek en hoe verwierven zij  die rijkdom of is het pand nog van de Sixen zelf?   Geert Mak gaf adequate antwoorden, niet met ja of nee of 1 zin, je kreeg op je vraag meteen een hele verhandeling die hij rond jouw vraag keurig had ingepakt.
Zo moet je van het leven genieten, van mensen hoogbegaafd in het schrijven en het hanteren van het woord. Kunstboeken, - ook een van Rembrandt- lezingen, rondleidingen, adviezen, taxaties  Contact via deze blog



Geert Mak,. cover boek de levens van Jan Six, detail van de magistrale cape,  vijfde druk, september 2016

Binnenblad boek Geert Mak de levens van Jan Six,  voorzien van handtekening en datering Schagen 02-11-2016