Tuesday 29 September 2015

Floris Brinkman, talent van Noordhollandse bodem

Floris Brinkman,  Den Helder 1946-

Portret en Landschapsschilder

Column nr 383

Nu geen verhaal van beroemde schilders die het al hebben gemaakt. Hun  werk is al  wereldwijd over tal van musea verspreid. Maar onderschat kunstschilder Floris Brinkman niet, die wellicht in deze regio niet zo bekend is, maar in  1979 wel de grote prijs van Monaco won onder de naam Grand Prix International d'Art Contemporain. Deze prijs werd hem persoonlijk in Monaco overhandigd door Prins Rainier.

In Den Helder groeide hij op en hield al van die weidse vergezichten over het Marsdiep en de polders onder Den Helder. Dat boeide hem en dat tekende hij keer op keer. Thuis begrepen ze eigenlijk niet veel van die jongen die altijd aan het priegelen was met potloden en kwasten en van kunst en muziek hield. Een beetje een vreemde eend in dat oer-Hollandse Helderse gezin, Maar ze lieten hem zijn gang gaan en na zijn diensttijd was zijn grote wens om zich in het schilderen te bekwamen op de Academie der Beeldende kunst te Amsterdam, waar hij professor  Jan Nicolaas van Wessem ontmoette en van wie onderstaand portret is





Floris Brinkman, . prof. J. N. van Wessem, olieverf op linnen, 180 x 150 cm.
Professor van Wessum ( 1922-1992) deed zijn kandidaatsexamen geschiedenis in 1949 aan de universiteit van Nijmegen. Zijn afstudeerscriptie aan de universiteit van  Utrecht had als onderwerp de schilder Lucas van Leyden. In 1953 werd hij directeur van museum de Lakenhal te Leiden en organiseerde daar exposities met de onderwerpen:  Jan van Goijen en Gabriel Metsu.. In  1967 wordt hij hoogleraar aan de Rijksacademie der Beeldende Kunsten te Amsterdam en daar zal Floris deze hoogleraar hebben geportretteerd. Vanaf 1975 tot 1992  was hij tevens nog docent aan de Film-Televisie academie te Amsterdam.


In de schouwburg van Den Helder, nu dus op de voormalige  Marinewerf, hangt van hem een fraai portret van een ballerina. Opvallend bij hem is dat hij schildert in mans/vrouwshoge afbeeldingen, die meteen imponeren. Zijn oeuvre in omvangrijk en buiten zijn vele portretten heeft hij in Frankrijk waar hij meestal woont, heel veel landschappen geschilderd. Maat wat te denken van de door hem gemaakte portretten van bekende Nederlanders als Paul van Vliet, Guus Hermus, en voormalig staatssecretaris mevrouw Korte-van Hemel. In deze regio ( kop van Noord-Holland) heeft hij meermalen geëxposeerd als in Haringhuizen, in de fraaie  Oudhollandse terpkerk, Warmenhuizen in de oude Ursula, op Wieringen in het kerkje van Westerland, in Schagen, Heiloo en Den Helder. Daarom mijn vraag aan U: kende u deze kunstschilder. Zelf heb ik hem een paar keer ontmoet en toegevoegd aan de 100 regionale schilders van allure. Geniet van de beeldende kunsten, van lokaal en amateur talent, van creatievelingen, die van alles willen uitproberen. Heb daar respect voor en wees een prettig mens voor eenieder die je pad kruist. Kunstboeken, rondleidingen, lezingen, essays, adviezen, taxaties etc  j.j.jong@quicknet nl
drs jjj artes admirans








Tuesday 22 September 2015

Van Gogh jaar afgesloten met bezoek aan Nuenen

In de voetstappen van Vincent van Gogh


Column nr 382 dd 22 september 2015

Een Brabants dorp dat geheel in het teken staat van een domineeszoon die van 1883 tot 1885 daar woonde in de pastorie en van zich liet spreken. Dat valt te beleven in dat dorp onder de rook van Eindhoven en Helmond. Ja, inderdaad beleven. De pastorie staat er nog, het gereformeerde kerkje waar zijn vader preekte en waarvan Vincent een schilderij maakte.

Dat schilderij was voor zijn moeder bestemd, die een ongelukje had gehad bij het uitstappen van de trein en voor wie Vincent dat werkje maakte. Vervelend is nu dat dit werk uit het Van Gogh museum in Amsterdam in 2003 is gestolen. Daders gepakt en samen met het andere werk dat een strandgezicht van Scheveningen laat zien, wel van de aardbodem lijkt verdwenen, terwijl de criminelen hun straf hebben gehad en de werken ondergedoken blijven.

Met Ton de Brouwer, de autoriteit in Nuenen als het om Van Gogh gaat, de Opwettense en Collse watermolens bekeken, terwijl we die dag daarvoor alle markante bezienswaardigheden hadden bezocht, zoals de verdwenen oude kerktoren, die in 1885 al was gesloopt en waartegen Vincent heftig had geprotesteerd. Het puin was gebruikt als wegverharding voor de nieuwe weg naar Eindhoven.

Veel vrijwilligers bemannen/bevrouwen het nieuwe Vincentre, het nieuwe informatiecentrum aan de Berg in het centrum.  Als je als leek daar binnenstapt, kan je in een paar uur exact geïnformeerd worden over Vincent's Nuenense jaren. In het perspectief van de enorme vlucht die zijn werk maakte met name door de verzameldrift van mevrouw Kroller-Muller en de overdracht van schilderijen door Ir. Willem van Gogh aan de staat, kreeg zijn werk een dermate grote boost, dat geen enkel werk meer te koop is en als er al een werk op de markt verschijnt, dan is het tegen prijzen die alleen voor de multi-miljonairs nog te behappen zijn.

Veel gezien en geleerd en met veel mensen van gedachten gewisseld zoals dat ook al het geval was in het nieuwe van Gogh in Amsterdam. Meer en meer wordt mij duidelijk dat zijn geestelijke inspiratie -wellicht bij hem postgevat in de periode van zijn geestelijk ambt- heeft doorgewerkt in zijn werk en die apart dimensie heeft gekregen, welke je maar bij weinige grote kunstschilders aantreft.

Het waren drie boeiende dagen daar in het Brabantse, waar ook het museum van Helmond in een oud kasteel werd aangedaan. Ook daar een Van Gogh kamer met herinneringen aan hun streekgenoot.

Geniet, leef, wees creatief en heb ook voor al wat van waarde is en sta positief in het leven.
Kunstboeken, lezingen, rondleidingen, essays, etc. reageren :  gaarne via deze blog





In de voetstappen van Gogh, op achtergrond het gereformeerde kerkje , een watermolen, een Van Gogh monument en de Van Gogh paal, waar informatie over locatie wordt verstrekt



In Arles schilderde Vincent nog een keer een portret van zijn moeder, dat Ton de Brouwer gebruikte als cover voor zijn boeiend essay inzake de relatie tussen Nuenen en de familie Van Gogh



drs jjj, artes admirans

Thursday 10 September 2015

De nieuwe entree van het VAN GOGH Museum te Amsterdam

Glazen koepel in aansluiting op de Japanse architectuur

Column nr 381

Bij gelegenheid van de nieuwe entreehal van het Van Gogh museum waren wij uitgenodigd om dinsdag jl 8 september een kijkje te komen nemen en als gast van het museum ontvangen te worden. De relatiebeheerder Job van Schuppen heette ons hartelijk welkom en stelde het op prijs dat wij waren gekomen, De uitnodiging hadden we te danken aan een gestelde vraag inzake een vraag over een schilderij : Was het schilderij " Kraaien boven het korenveld:  het laatste schilderij dat Vincent schilderde. Dit naar aanleiding van een artikel dat wij eens op de VU moesten analyseren, waarin werd betoogd dat de dreiging dat van het schilderij uitgaat, te maken zou hebben gehad met zijn zelfmoord. Dat laatste staat geheel op losse schroeven, omdat die Amerikaanse auteurs evenzeer argumenten hebben gevonden dat die kwajongens in deze een rol zouden kunnen hebben gespeeld. 
Dit terzijde. Na de speech van directeur Alex Rugel, waren we ruim in de gelegenheid het museum in te gaan en in gesprek te raken met de diverse rondleiders. Een leuke discussie ontstond naar aanleiding van hooi- en korenschoven op zijn talloze schilderijen van die korenvelden. Heel lang heeft ook in Kroller-Muller teksten gestaan van hooischelven, terwijl het duidelijk korenschoven waren. Vervolgens vertelde een rondleidster dat kinderen het schilderij van de Pieta meestal kiezen als het meest aansprekende . Als zij dan vraagt : waarom?  Dan zeggen die kinderen dat ze het een verliefd stelletje vinden. Of je pedagogisch juist dan dat zware verhaal van die Pieta moet vertellen, lijkt me lastig omdat je natuurlijk niet weet of die kinderen dat Bijbelverhaal kennen. Je kunt natuurlijk wel uitleggen dat het gaat om een moeder die zorgt voor haar overleden zoon, die vermoord werd.
Hierboven vindt U drie afbeeldingen van Van Gogh schilderijen die op de entreebewijzen stonden afgedrukt: een zelfportret, een korenveld en een bloesemtak.Al lopend langs de schilderijen van Van Gogh en tijdgenoten, hoorde je bezoekers bij de heldere schilderijen zeggen : "Hier word ik nu echt vrolijk van " 
Inderdaad kunnen al die impressionistische schilderijen zoals je die aantreft in Musée d"Orsay te Parijs een positieve invloed op je gemoed hebben.Afgelopen dinsdagavond waren drie schilderijen die mij bijzonder boeiden en dat was een stilleven uit 1885. Een zeer verstild werk ongeveer 30 x40 cm waarop drie flessen, Keuls potje met vijzel, en een groen kommetje. Dat had hij heel bewust zo gegroepeerd in een mooie combinatie van licht, glas en kleur in alle eenvoud. Opvallend de mooie hooglichten in de flessen. Het tweede schilderij was een korenveld met een prachtige blauwe lucht ( 1890) .Daarbij hoorde de tekst uit zijn dagboek :' Ik ben geheel geobsedeerd in de onafzienbare vlakte van de korenvelden zo groot als de zee'     
Het derde schilderij dat me buitengewoon boeide was eveneens uit 1890  Gezicht op Auvers. Vanaf de heuvel buiten het stadje schilderde hij een straat met huizen en een kleine horizon. Dat schilderde hij vlak voor zijn dood. En zijn laatste schilderij dan, welke was dat nou ?  De gidsen wezen naar het schilderij van  door elkaar verwrongen boomwortels.
Zo eindigde jl dinsdag een prachtige verkenningstocht door het Van Gogh museum. Eerder al was ik in gesprek geweest met enige bezoekers over de functie van de entree. Ik verwees hen naar het Haagse Gemeentemuseum,. naar Kroller Muller en naar het niet in functie zijnde Scheringa Museum. Alle drie laatsten laten je langs een lange toegangsweg even merken, dat je iets bijzonders tegemoet gaat, even alles achter je laat om iets bijzonders te gaan beleven. De vernieuwingen in de drie grote Amsterdamse musea hebben die accenten op hun entree nu ook gelegd. Het Rijks met doe toegang via de fietstunnel naar het grote atrium,  het Stedelijk met de grote badkuip en het Van Gogh met de fraai vormgegeven glazen koepel. Nu uitgerust voor de toekomst om de talloze miljoenen bezoekers per jaar te kunnen ontvangen.  Daar kunnen we als klein land toch echt wel trots op zijn. 
Gaat U binnenkort naar Amsterdam : het Museumplein? U zult uw ogen uitkijken, nu ook bij het vernieuwde Van Gogh museum. Geniet nog van het mooie nazomerweer, pak de fiets, de knapzak en wandel langs 's Heeren wegen, zing, wees creatief en beleef het leven, dat ook nog altijd het waard is om te leven. Donkere wolken drijven nagenoeg altijd weer over. Kunstboeken, lezingen, rondleidingen, essays, adviezen, bemiddeling j.j.jong@quicknet.nl
drsjjj artes admirans                          

Wednesday 2 September 2015

Rembrandt heeft nooit gevoetbald

Hommage aan sportjournalist Nico Scheepmaker

Column nr nr 380 dd  02-09-2015

Met de belangrijke wedstrijden voor de deur voor het Nederlands elftal tegen  IJsland en Turkije onder leiding van de nieuwe bondscoach Danny Blind, is het - lijkt me - gepast, een wat luchtige onderwerp aan te snijden. 
Maar eerst even dit.  Zoals U ongetwijfeld zult hebben gezien of gehoord, gisteravond 1 september in Nieuwsuur, dat de kunsthandelaar Renee Smithuis uit Heiloo haar collectie van tachtig schilderijen aan het Singer Museum in Laren heeft geschonken. Een goede zaak. Opmerkelijk in deze is, dat deze collectie niet naar Museum Kranenburgh in Bergen Nh of naar het Stedelijk Museum in Amsterdam is gegaan. Smithuis had andere motieven. Zij en vele anderen strijden tegen de heersende opvatting dat het niveau van de Bergense School te wensen overlaat. Als kunsthistoricus kreeg ik dat meerdere malen op de VU te Amsterdam te horen. Niettemin had ik graag op deze stroming willen afstuderen, maar dan was ik zeker een jaar langer bezig geweest om al je argumenten te vinden en aan te scherpen. In  deze is het discussiepunt of  de mannen als Fauconnier, Arnout Colnot, Filarski etc als stroming en als school kunnen worden aangemerkt of dat het toevalligerwijs een stel collega's waren die elkaar in Amsterdam en Bergen Nh samenwerkten?  Niet zo van belang. Individueel was er best wel sprake van behoorlijke kwaliteit en dat kan het publiek in Singer straks zelf vaststellen. Of deze move ertoe zal leiden dat de Bergense School als stroming als canon in de kunstgeschiedenisboeken terecht zal komen, blijft een open vraag. Overigens had mevrouw Smithuis ook enige werken van De Ploeg, een stroming in Groningen, die een hogere achting verwierf in de ogen van smaakmakende kunsthistorici.

Maar dat terzijde. We zouden het over voetballen en de kunst hebben. Nico Scheepmaker schreef een boek onder de titel : Rembrandt heeft nooit gevoetbald'.  Dat is natuurlijk een waarheid als een koe. Maar waar hield de zeventiende eeuwse mens zich bezig als ontspanning en genoegen. De upper-ten stichtte landhuizen aan de kust en genoten van mooie rijtuigen en paarden. Rembrandt zelf was veel in de schouwburg om naar toneelvoorstellingen te kijken en maakte er een hobby van die klassieke toneelkleding te verzamelen. En het gewone volk. Dat beschrijft Scheepmaker als volgt :
: 'Rembrandt heeft op straat nooit tegen een blikje getrapt.. Het eerste conservenblikje werd in 1810 geproduceerd..Misschien dan tegen een bal die van lappen en touw was samengeflanst. Dat zou kunnen. Of tegen een soort bal van een opgeblazen varkens-of ossenblaas, waar in vroeger eeuwen mee gebald werd. In ieder geval kan je je moeilijk voorstellen dat een gezonde Hollandse jongen als  Rembrandt-op weg naar de Latijnse School in Leiden, waar hij een jaar opzat of later in Amsterdam  als 18 jarige op weg naar zijn leermeester Pieter Lastman, niet onwillekeurig naar alles schopte wat hem voor de voeten kwam: een steentje een blokje hout. Of zat die automatische trapbeweging  in de 17e eeuw er nog niet zoals bij ons allen, in zijn lijf ingebouwd, omdat er toen nog geen voetbalclubs bestonden en het trappen naar een bal dus nog niet "des jongens'was.. Dat lijkt me onwaarschijnlijk. We moeten die jongen van de 17e eeuw natuurlijk ook weer niet onderschatten. Als zij konden schilderen als Rembrandt, konden zij in aanleg vermoedelijk ook wel voetballen als Gullit, Van Basten, Cruyff, Rijkaard. Alleen ...... het werd nog niet gedaan. zodat er in mijn jonge jaren ( Nico Scheepmaker)  nog niet  gesurft of geskateboard werd. Maar gespeeld werd er natuurlijk wel, daar is het schilderij Kinderspelen van Pieter Breughel de Oudere het bewijs van "

De bijgevoegde afbeelding is de cover van het boek van Nico Scheepmaker met als afbeelding het schilderij van Pyke Koch ; Voetballen in de sneeuw".  Dit werk zat in de Scheringa collectie die is verhuisd naar Gorssel in de collectie van de heer Melchers. Nu dus op naar Gorssel ipv Spanbroek.

Brood en spelen, was het adagium van de in welvaart levende Romeinen. Sport en spelen hebben na die 17e eeuw een enorme vlucht genomen in het wielrennen, atletiek, krachtsporten, autoraces. Zo'n vlucht dat het een economische factor is geworden met een enorme infrastructuur, werkgelegenheid  en organisaties. Zo'n vlucht ook, dat de status van topsporter leidde tot malversaties als doping etc. Onze tijd biedt kansen voor schone sport : Daphne Schippers is met haar gouden plak op de 200 meter sprint daar een bewijs van. En schone sport is mooie sport en ook kunst.

Beweeg, geniet, fiets, wandel ook als het geen zomerse temperatuur meer is, wees creatief en wees een prettig mens voor je omgeving. Kunstboeken, lezingen, adviezen, taxaties,.essays, bemiddeling j.j.jong@quicknet.nl
drsjjj, artes admirans

Op cover afbeelding schilderij Pyke Koch voetballen in de sneeuw, collectie Melchers, Gorssel