Tuesday, 28 October 2014

De Gouden eeuw met zijn stadse welvaart

Spectaculaire expositie in Hermitage Amsterdam

Column nr 340

Op de eerste plaats wordt in deze column even stil gestaan bij een regionale kunstschilder uit het Westfriese Kolhorn Jan Pieter Pool.  Een man die samen met de meer bekendere Dirk Breed inhoud heeft gegeven aan zijn leven als kunstschilder. In het boek dat op stapel staat  :' Vijf eeuwen schilderkunst in Westfriesland heeft Jan Pieter Pool naar mijn mening terecht een plaats verworven. Ongetwijfeld is deze auteur/kunsthistoricus een van de weinigen die het voorrecht verwierf hem een intervieuw af te nemen. En eerlijk gezegd, geïntroduceerd door een vertrouweling van Jan Pieter .Dat intervieuw heeft er later zelfs toe geleid dat hij in Museum OpZeeland ging exposeren en dat was hij eigenlijk helemaal niet van plan, omdat de schilder zeer gehecht was aan al zijn werk. De eerste reactie op ons verzoek van het museum was dan ook dat wij dat dan maar moesten doen met werken waar hij met veel moeite afscheid van had genomen. In de laatste periode van zijn kunstenaarschap viel zijn werk op door een evenwichtig coloriet en  spetterende expressie. Jan Pieter Pool die op 92 jarige leeftijd onlangs overleed, heeft onze regio veel dierbare kunst nagelaten. Jan Pieter, dank daarvoor en we wensen de nabestaanden veel sterkte toe in deze tijd van het definitieve afscheid,

Natuurlijk heeft U allemaal de spectaculaire beelden gezien hoe een hijskraan die grote schuttersstukken over het dak het museum intakelden. Groot zijn ze zoals dat schuttersstuk van Bartholomeus van der Helst, dat u normaal aantreft links van de Nachtwacht van Rembrandt in het Rijksmuseum. Je kunt je nu met al die stukken een beter beeld vormen van - zeg maar het kantoor of clubhuis- van de schutterijen. Het gebouw heette toentertijd De Doelen. Het verenigingsgebouw waar de schutters samen kwamen voor hun periodieke en jaarvergaderingen om het reilen en zeilen van hun werk gestalte te geven. Elke schutterij bewaakte een gedeelte van de stad of het nu om Amsterdam, Haarlem, Alkmaar of Leiden ging. Het werk van Van der Helst heeft een afmeting van 2.32 x 5.47 meter. Die afmeting zegt meteen iets over de grootte van die Doelengebouwen, want soms hingen meerdere schuttersstukken naast elkaar. Aan alle vier wanden hingen de schilderijen.
De leden van dat gilde waren daaraan gewend, net zoals je na verloop van tijd ook went aan bloemetjesbehang. Van der Helst heeft vermoedelijk van alle figuranten wel geld ontvangen als zij met hun tronie op dat schilderij wilden.  Liefst vijfentwintig mannen portretteerde hij op bij een zeer bijzondere gelegenheid. De schuttersmaaltijd in de St. Jorisdoelen te  Amsterdam was bij gelegenheid van de vrede van Munster in 1648. Het jaar dat er een eind kwam aan de tachtigjarige oorlog en de Spanjaarden naar huis werden gestuurd. Enige details volgen hier nog. Van der Helst wist een subtiel onderscheid te maken in kleur en glans aan de tinnen borden, het zilver van de drinkhoorn en het wijnvat links op de voorgrond. Ook de stofuitdrukking getuigt van zijn vakmanschap. De vaandrig die wijdbeens vooraan zit in een korte broek van zware stof terwijl het linnen servet op zijn knie soepel en dun aandoet. Ja, schilder dat maar eens. In onze eeuw van fotografie en beeldtechnieken is dat heel gewoon, maar in de zeventiende eeuw gebeurde dat met verf en kwast en paletmes. De staande man naast de vaandrig draagt gele  kousen  met een patroon dat Van der Helst simpelweg in de nog natte verf kraste. Onder de snaar van de trom op de voorgrond zie je een stuk papier waarop een gedicht staat geschreven bij gelegenheid van de Vrede van Munster. Veel techniek en veel beeldend vermogen tref je aan bij deze top schilders van de Gouden Eeuw.
Geniet van al het goede, dat u tegenkomt en laat u niet ontmoedigen door alle vervelende zaken die ook op uw pad komen./ Wees positief, creatief en een prettig mens voor uw omgeving. Kunstboeken, lezingen, essays, adviezen , taxaties. j.j.jong@quicknet.nl
drs jjj, artes admirans

Wednesday, 15 October 2014

De hype Rembrandt

Hoe beroemd kan je niet na je dood worden?


Column nr 339 dd 15 oktober 2015

www.rembrandtdatabase.org/rembrandtpainting

Vorige week stond boven de column een opmerking inzake het zwabberende beleid van het Rembrandt Research Project onder leiding van professor Ernst van de Wetering, die een dezer dagen zijn werk heeft voltooid. Het laatste deel van zijn onderzoek in boekvorm- zes delen- is voltooid en zal dan op de markt verschijnen. Twee opmerkingen zijn te plaatsen. Die 60 werken die gerehabiliteerd zijn en nu dus weer Rembrandts zijn, waren de aanleiding van mijn opmerking van zwabberend beleid. Nu echter bovenbenoemde database op Internet verscheen, dien ik deze opmerking terug te nemen omdat uit die gegevens bleek, hoe intensief de onderzoeken op de schilderijen zijn gedaan, zo grondig en zo professioneel, dat die opmerking verder geen hout snijdt.
Wel verbaasd over de opmerking van de professor, dat hij feitelijk geen Rembrandt fan was, maar op zoek was naar werk en dat project van RRS op zijn pad kwam. Zo gaat dat soms in het leven. Feit blijft dat zelfs na dit degelijke werk, waaraan vele kunsthistorici zich zullen conformeren,  het opmerkelijk is dat een schilderij in de National Gallery te Londen door Van de Wetering als een Rembrandt is aangemerkt, niet op de grote Rembrandt expositie komt te hangen in dat prachtige museum, omdat een Londense kunsthistorica het niet met Van de Wetering eens is. Daar op die expositie zijn het Joods Bruidje en ook de Staalmeesters te zien, beide uit het Rijksmuseum. Wim Pijbes was al in Londen om zijn schatten te becommentariëren in de context van de Londense verzameling en die is groot. Al weer heel wat jaren terug, voor mijn VU studie, hebben we deze prachtige collectie bekeken. In alle grote wereldsteden was het eerste doel de Rembrandt te bekijken, Helaas was in het Louvre de vleugel van de zeventiende eeuw destijds gesloten. Thousand pities. De meest markante zaken welke werden gevonden in de database hierboven, wordt u niet onthouden In 1626 schilderde Rembrandt een veldheer die symbolisch - zo lijkt het - zijn macht overdroeg. Het heeft nu als titel gekregen History painting..Waarom? In het verleden had het schilderij vijftien verschillende benamingen als : 1. Saul draagt macht over aan David, 2. Het oordeel van Saul over Jonathan 3. De grootsheid van Claudius Civilis 4. De grootsheid van Alexander.  5. De rechtsspraak van Brutus. Het schilderij laat een veldheer zien omringd met wapentuig als hellebaarden, schilden etc. Je kunt in zo'n geval eigenlijk ook alleen maar kiezen voor de meest neutrale titel. Wetenschappelijk is de juiste titel niet te vinden. Het is een impopulair onderwerp en al die jaren ook niet opgevallen. Het hangt nu in de Lakenhal te Leiden. De Nachtwacht is natuurlijk niet naar Londen. De Engelse titel luidt "Civic guardsmen under command of  Banninck Cock, 1642. Afmeting 2.63 x 4.38 meter. Het hing in de Kloveniersdoelen van 1642-1715. Daarvoor was het ook bedoeld. Van 1715 tot 1808 in het Stadhuis van Amsterdam en vanaf die datum in het Rijksmuseum.
Al even interessant is de titulatuur van het Joodse Bruidje dat nu in Londen hangt. Bekend was de titel Isaac en Rebecca, maar ook nu  Titus en Magdalena van Loon, of ook Daniel Levi Miquel de Barrios en Abigael de Bina en tenslotte nog Bartholomeus  Vaillant en Elisabeth van Swanenberg. Die laatste titel zou wel eens best de juiste kunnen zijn omdat de heer Vaillant het schilderij in zijn bezit had. Net als dat beschreven schilderij hierboven. Men weet het niet zeker en dat komt er een geheel neutrale naam als Het joodse bruidje uit. Tenslotte nog wetenswaardigheden van  De anatomische les van Dr. Tulp, 1632 in het Mauritshuis, ook in Londen te zien..Flink van afmeting 169.3 x 2.165 mtr. Dit schilderij heeft heel lang in het Joods Museum aan de Nieuwmarkt te Amsterdam gehangen, in 1639 verkast boven de Kleine Vleeshal aan de Nes en  Koning Willem I heeft het gekocht voor het latere nationale museum. Grappig is dat de man op de achtergrond 
Jacob Blok de lijst met namen heeft van de heren rond het lijk en je kunt die ook bij uitvergroten duidelijk lezen tw. Jacob de Witt, Kalkoen, Adriaen Slabraen, Jacob Koolvelt en Frans van Loenen. Dit waren wellicht ook artsen of studerend voor chirurg In ieder geval dienden zij voor deze sessie te betalen om dit college bij te kunnen wonen. 
Alles overziende, kan een vraag gesteld worden die niemand kan beantwoorden. Zou Rembrandt hebben kunnen  bevroeden dat zoveel mensen  nog na 350 jaar  met zijn schilderijen bezig zijn en dat miljoenen mensen uren voor zijn werken staan te kijken.?? Ik denk van niet. Geniet van dat geweldige werk van deze grote Leidenaar en als de expositie in het Rijks komt, bezoek deze dan en heb oog ook voor het prachtig gerestaureerde Rijksmuseum. Geniet, leef, wees creatief. zing wande en wees een prettig medemens voor je omgeving. Kunstboeken, lezingen, rondleidingen, essays, adviezen j.j.jong@quicknet.nl

Thursday, 9 October 2014

De wonderlijke wegen van het Rembrandt Research Project

1, Professor Ernst van de Wetering en zijn zwabberend beleid
2. Het jagertje, ets Rembrandt ca 1650

Column nr 338 dd 9 oktober 2014
Deze column bevat twee onderdelen. Het commentaar op het RRS beleid en bespreking van een grappig etsje van Rembrandt welke beschreven staat in Kijken 2 van Rudi Fuchs
1. De ontmoeting met deze professor vond plaats bij het afscheid van prof. Carel Blotkamp op de VU in 2008. Hij zat in de aula achter ons en later raakte collega Karels met hem in gesprek, waarbij wij ook stonden en de conversatie konden volgen. Een alleraardigste man met veel kennis van onze grootste Gouden Eeuw schilder. Het lag dan ook voor de hand dat ik deze professor aanbeveelde aan de KRO die een programma over kunst uitzonden en mij vroegen om de Nachtwacht te duiden. Ja, dan kan je geen betere treffen en professor van de Wetering hield in dat programma een helder betoog en gaf blijk van zijn grote kennis ook van dit meesterwerk. Al die jaren volg je hem omdat je nu eenmaal zelf ook veel Rembrandt literatuur hebt en zoals ik vorige week schreef, in de Gemalde galerie in Berlijn een referaat hield over  diverse Rembrandts zoals het schilderij van Ds Anslo en het schilderij van Mozes daalt af van de  berg. Eerder hadden wij al eens in Dahlem de Rembrandt collectie bezocht en vol bewondering gestaan voor het schilderij Man met de gouden helm. Je raakt dan teleurgesteld als dan later blijkt dat het schilderij in ongenade was gevallen en in het West-Berlijnse museum Gemalde galerie meer op een achterafje terecht was gekomen. Voor mij maakte dat niet uit, omdat de techniek van dat schilderij buitengewoon knap is. Het zal mij dan ook niet verbazen als dit schilderij ooit een keer wordt gerehaliteerd en weer aan Rembrandt toebehoort en toch niet toegeschreven wordt aan een van zijn leerlingen. Nu verbaast het me buitengewoon, dat meer liefst zestig schilderijen hun oude status weer hebben teruggekregen. Het totaal van 286 werken is nu dus uitgekomen op 346 en dat is op zich een goede zaak. In het Metropolitan in New York, in het Louvre in de gemalde galerie en in Boymans zullen glazen geheven zijn omdat hun schilderijenbezit nu ineens veel meer waard zijn. Eigenlijk is het een beetje zot. Waarom dan deze plotselinge omdraai ? De conclusie luidt dat men veel te streng en blijkbaar ook onkundig heeft geoordeeld. Voor die uitsluiting bleken dus uiteindelijk geen goede argumenten en röntgen en infrarood onderzoek gingen toch blijkbaar weer de kant van Rembrandt op. Overigens een goede zaak, maar die uitsluiting van die zestig schilderijen verdient uiteraard geen schoonheidsprijs, maar de wetenschap begint altijd met twijfels en dat rechtvaardigt enigszins de gang van zaken en de manier van werken.
2. Het Jagertje, ets, 1650
Altijd is het knap als je een landschap kunt duiden. Fuchs weet ons te zeggen dat dit Diemen is. Hij schrijft dan : hebben ze uitgevonden. Een klein stukje van zijn tekst, volgt hier en misschien kunt u op de afbeelding enige zaken onderscheiden. De hele voorgrond van het landschap is met die typisch losse hand van /Rembrandt geëtst
 tastend gekrabbeld met een wirwar van lijntjes, die echter zodanig suggestief zijn  dat ze de passages wit een krachtige vorm geven.[...........] Want het jagertje is pas op het laatst in de ets terechtgekomen. .Eerst is Rembrandt ,bezig geweest met de evenwichten in het landschap. [....] Terwijl hij bezig was rond 1850 zag hij, toen hij het land vanaf de rietbossen links met de eenden eerst had laten oplopen, dat er rechts die stugge boom moest komen, omdat het land daarachter lager hoorde te liggen. Het diende immers bij de rivier uit te komen[......] En toen zag hij dat het tussen die twee ruimtelijke markeringen, de perfecte formele plek was om op het pad het jagertje met zijn honden te laten lopen.
Ik kan me voorstellen dat een schilder zo werkt. Je componeert en bouwt op en dan kom je tot zo'n fraaie compositie. In de Nestor, magazine voor gepensioneerden stond een klein artikel over een mevrouw van 86 die steeds maar weer naar Kroller Muller ging om heel aandachtig telkens weer schilderijen te bekijken en ze krijgt er maar geen genoeg van en is van plan dit steeds te blijven doen. En het is ook zo, iedere keer als je een bepaald schilderij hebt bekeken, zie je telkens weer andere details. Geniet derhalve van onze prachtige kunstschatten in onze talloze, musea, wandel, fiets, wees een gezellig medemens voor alle mensen die je tegenkomt. Kunstboeken, lezingen, columns, essays, rondleidingen, adviezen j.j.jong@quicknet.nl
drs jjj, artes admirans 

Thursday, 2 October 2014

Rembrandt's verfgebruik

De Mennonietenpredikant Cornelis Anslo wijst zijn vrouw op een passage in de Bijbel

Column nr 337 dd 2 oktober 2014

U wilt het geloven of niet, maar een bezoek aan een kringloop hier in de buurt zette mij op het onderwerp van deze week. Hoezo dan?  Op het moment dat was vastgesteld dat deze kringloop nagenoeg geen boekencorner had, waren we op weg naar de uitgang. Dan vind je ineens een stapel boeken dat niet veel voorstelt, totdat je ineens een populair wetenschappelijk boek tegenkomt van Christian Tumpel met als titel Rembrandt en je op pagina 62 een schilderij ontdekt, dat je uitentreuren kent omdat in Berlijn tijdens de verplichte studiereis dit schilderij door jou werd geanalyseerd voor docent en medestudenten in het kader van je studie. Eerst even over het schilderij zelf. Dominee Cornelis Anslo was lakenkoopman en daarnaast ook nog dominee van de Mennonieten, tegenwoordig heten die Doopsgezinden.  De dominee had veel theologische geschriften op zijn naam staan en kon uitstekend preken. Het gezegde toentertijd was :"Wie Anslo zien wil, moet hem horen '  Ook in die tijd waren er dominees die veel mensen trokken. Er was rond de kerken veel strijd tussen begrippen als Woord en Beeld, Horen en Zien, Geest en Lichaam. De Mennonieten verhieven het Woord boven het Beeld, een strijd die zich vooral afzette tegen de katholieken en lutheranen. Maar het gaat om het schilderij. Mijn referaat startte in Berlijn met vier vragen 1. Wat was baanbrekend in Rembrandt's verfgebruik. Was het zijn gedifferentieerde verfgebruik?
            2. Hoe kwam hij tot een betere stofuitdrukking op zijn schilderijen ?
            3. Hoe kwam hij tot bijzondere effecten van het Clair-obscur ( licht -donker)?
            4. Welke effecten had dat op het perspectief?-

Antwoord op vraag 1:  De kunstschilder De Lairesse noemde het werk van Rembrandt kladderij of Kliederij, omdat hij heel pasteus werkte. Boode, een beroemde Duitse kunsthistoricus vond dat Rembrandt met allerlei soorten kleine vlekjes werkt , geel, bruin, rood, blauw, zwart en allerlei andere lichte vlekjes. Je krijgt dan bijzonder kleur-effecten en bijzondere kleurschakeringen en met dat verfgebruik kon hij kleding en stoffen in de gevarieerdheid van licht en donker realistischer schilderen. Daartoe gebruikte hij pigmenten van twee tot vier kleuren en nergens is een menging van van vijf kleuren gevonden, wel zes voor de effecten van huids-en vleeskleur. Men weet niet hoe hij tot die keuzen kwam, wel dat hij lijnolie of een enkele keer walnootolie heeft gebruikt. Verder gebruikte hij nog loodverbindingen en gemalen glas om de verf snel te laten drogen. Harsen of eiwitten gebruikte hij niet. Die grotere kleurschakeringen leverden de effecten van het perspectief op om personen en zaken dichterbij of verder weg te schilderen. Nu valt de gelaagdheid van de verf op het schilderij van Dominee Ansloo nog wel mee, maar als je vlak voor de werken als Het joodse bruidje of  Jan Six staat, zie je echt de lagen verf over elkaar heen.
De docent vroeg na afloop van mijn uiteenzetting of mij iets was opgevallen bij het schilderij. Nee, zei ik. Het schilderij in de Gemaldegalerij was aan de bovenzijde aan weerskanten rechtgetrokken en men had dus het doek verlengd tot een vierkant. Als je inderdaad goed keek, kon je vaag de contouren van de ronde vormen nog zien. Ja, dat was me ontgaan en je kunt nu eenmaal niet alles behandelen, Het is prioriteiten stellen en de docent gaf blijk van zijn grote kennis. Geniet van mooie kunst, wees creatief, wandel, musiceer, zing, wees een prettig medemens voor je omgeving. Kunstboeken, lezingen, essays, rondleidingen  j.j.jong@quicknet.nl
drs jjj, artesadmirans